No image available
· 2022
The aim of this project is to demonstrate the potential of Dutch ornamental cultivation for the cosmetics sector by applying the principles of green extraction to three Dutch example crops (Freesia, Tulip and Iris). To generate high-quality fragrance samples, supercritical fluid extraction with CO2 is applied to carefully extract fragile, fragrant substances. Flower stems, harvested from Dutch growers were transported to the extraction company Nateco where the influence of different parameters such as temperature, pressure and application of a co-solvent, on the obtained aroma profile in two pre-selected freesia cultivars as well as one tulip cultivar was evaluated. Although there were no technical limitations, the master perfumer judged that the extracts generally encompassed a green, vegetable-like scent. Although floral and fruity notes were observed in some extracts however, these were not intense and possibly masked by more heavier, waxy components. The overall conclusion is that the fragrance intensity of the selected varieties was too low to achieve high-quality cosmetic applications. Nevertheless, the project may continue by including more intense-smelling Freesia and Tulip varieties or by including other more intense-smelling plant species. Moreover, the time of harvesting the peduncles requires some additional attention in order to get the flowers at the right stage of producing fragrances at the extraction facilities.
No image available
No image available
No image available
Zeker nu de meerlagenteelt in tulpenbroei in opkomst is, blijft het ontvochtigen van de lucht één van de grootste kostenposten qua energie. Een te hoge luchtvochtigheid in de kiepgevoelige fase van de teelt zorgt ervoor dat tulpen op een later moment zullen omvallen door een gebrek aan stevigheid (kiepen). Er is in de afgelopen 8 jaar al veel onderzoek gedaan naar de achterliggende factoren van kiepen. Verschillen treden op tussen o.a. cultivars, partijen, koeling, kastemperatuur of bemesting. Zodra de eerste symptomen van kiepers met het blote oog zijn waar te nemen is het kiepen in later stadium onvermijdelijk. Het sneller detecteren van kiepers binnen het teeltproces zou wellicht een uitkomst bieden. Daarom heeft WUR de mogelijkheden van spectraalcamera’s verkend, om kiepers eerder te kunnen detecteren. Metingen bij ‘Purple Prince’ en ‘Strong Gold’ lieten zien, dat camera’s al na 4-5 dagen kunnen zien dat tulpen bij hoge RV zijn gebroeid, terwijl dat met het blote oog pas na 8 dagen kon worden vastgesteld.
No image available
Bloembollen worden voor het planten behandeld met fungiciden ter bescherming van de bol tegen schimmelziekten. Bij het aanbrengen van fungiciden wordt gestreefd naar methoden met een minimum aan restanten. Schuimen en coaten lijken daarvoor het meest geschikt. Daarnaast is het zaak om de middelen na het aanbrengen bij de bol te houden om een goede werking te garanderen. Ook mogen de middelen niet met de huiden en vellen van de bol loskomen, om emissie via stof en verwaaien te voorkomen. Wageningen University & Research en partners onderzochten binnen het project Het Nieuwe Verwerken van Bloembollen de werking van een aantal hecht- en plakmiddelen. Het bevochtigen kort voor het planten, bleek bij hyacinten goed te werken tegen het stuiven. Coating is een interessante, voor bollen nieuwe, methode voor het aanbrengen van fungiciden. In de zaadwereld wordt het al breed toegepast. Voor bollen is oriënterend vastgesteld dat coating een significant effect heeft op het verminderen van losse vellen bij tulpen en vooral bij hyacinten.
No image available
Het energieverbruik voor waterbroei van tulpen in een modern meerlagenteeltsysteem wordt vooral bepaald door de verdamping. Maar bij te weinig verdamping (bij een RV > 95%) ontstaat blad- en stengelkiep. Eerder onderzoek van Wageningen University & Research liet zien dat goede verdamping (RV 80%) vooral tijdens het tweede derde deel van de groeiduur belangrijk is: de kiepgevoelige fase. Ook bleken tulpen dagelijks een RV 95% voor de duur van 5 - 10 uur tijdens die fase te tolereren. Nader onderzoek van WUR bevestigt dit: tijdens de kiepgevoelige fase enkele uren niet ventileren, i.d.g. maximaal 6 uur in de nacht, had geen effect heeft op het aantal kiepers. Het aantal dagen dat tijdens de kiepgevoelige fase geventileerd wordt, heeft wel een duidelijk effect op het aantal kiepers. Hierbij zijn echter opvallend grote verschillen tussen cultivars, in te delen in “weinig gevoelig”, “met een korte kiepgevoelige fase” (6 dagen) en “met een lange kiepgevoelige fase (10 dagen).De energiebesparende mogelijkheden van het alleen tijdens de kiepgevoelige fase handhaven van een RV
No image available
No image available
No image available
No image available