Alexander Ver Huell (1822-1897) gaf in zijn boek "Cornelis Troost en zijn werk" zijn eigen verzameling van tekeningen en prenten van Troost een prominente plek. Het boek was opgedragen aan 'Alle vrienden van waarheid in ideeën en vorm en alle bewonderaars van geest, vernuft en talent' en moest ervoor zorgen dat Troost geen onbekende zou zijn voor de generaties na hem. Ver Huell herkende iets in de manier waarop Troost de wereld om hem heen zo direct optekende. Dat bracht hem er misschien ook toe al jong een eigen verzameling van het werk van Troost op te bouwen. Expositie: Rijksmuseum Twenthe, Enschede, 18 oktober 2008 - 18 januari 2009.

This is catalogue that accompanies an exhibition of the same name. Survival of the Fittest features forty-five masterworks created by an influential group of painters known today as the Big Four. Working during the late 1800s and early 1900s, these artists presented a vision of wildlife and wilderness that remains with us to this day. Their careers also influenced generations of artists interested in painting wildlife in the twentieth century. Members of the Big Four include American Carl Rungius (born Germany, 1869-1959), Germans Richard Friese (1854-1918) and Wilhelm Kuhnert (1865-1926), as well as Swede Bruno Liljefors (1860-1939). The catalogue, edited by Adam Harris, includes essays by Adam Harris, Kathleen Chapman, Jessica Landau, Tammi Hanawalt, and Vance Martin. With a Forward by Harvey Locke and acknowledgements by Steve Seamons and Adam Harris.

In het korte leven van Modersohn-Becker (1876-1907) spelen het Noord-Duitse Worpswede en Parijs een vitale rol. In de kunstenaarskolonie te Worpswede komt zij in aanraking met het enigszins traditionele impressionisme van kunstenaars als Otto Modersohn (met wie zij trouwt) en Fritz Mackensen. 0Tijdens haar verschillende reizen naar Parijs leert zij de experimentele kunst van haar tijd kennen: het expressionisme van Vincent van Gogh, de zware lijnen en platte kleurvlakken van Paul Gauguin en van Les Nabis, het meer geconstrueerde werk van Paul Cézanne en de intense beeldhouwkunst van Auguste Rodin. Terwijl zij heen en weer geslingerd wordt tussen het huwelijksleven in het veendorp Worpswede en de internationale kunstwereld van Parijs, ontwikkelt zij een eigen beeldtaal en wordt haar werk vooruitstrevender dan dat van haar collega's in Worpswede.00Exhibition: Rijksmuseum Twenthe, Enschede, The Netherlands (08.04. - 12.08.2018) / Von der Heydt Museum, Wuppertal, Germany (09.09.2018 - 06.01.2019).

Het verzamelen van prenten en tekeningen kende in de Noordelijke Nederlanden van de 18de eeuw een ongekende populariteit. In de tentoonstelling Kabinet der heerlijkste Tekenwerken, laten 80 werken op papier uit de collecties van de KMSKB de fascinerende verscheidenheid aan onderwerpen en technieken zien die de Nederlandse tekenkunst van toen typeert. De tentoongestelde tekeningen komen uit de verzameling van Jean de Grez, een Nederlander die vanuit Breda naar Brussel verhuisde. In 1911 schonk zijn weduwe de verzameling aan de Belgische Staat. De collectie, waarvan Arnoldus Josephus Ingen Housz aan het einde van de 18de eeuw de basis legde, telt in totaal 4250 tekeningen van de 16de tot de 19de eeuw. Zo'n 3600 werken behoren tot de Nederlandse School.00Exhibition: Musées royaux des Beaux-Arts de Belgique, Brussels, Belgium (01.02.-19.05.2019).