No image available
Through an in-depth analysis of EU and Dutch governmental policy documents and scientific papers, this study identifies three main knowledge gaps for halving the ecological footprint of Dutch consumption by 2050: (1) national and EU policies do mention, though not explicitly, the relationship between circular economy (CE) and biodiversity – indicating a potential lack of knowledge and action perspective; (2) that the entire set of footprint indicators (footprint family) is essential for measuring the effects of CE on biodiversity; and (3) research on CE footprints and biodiversity is currently mainly focused on the energy and food sectors while sectors, such as mining, manufacturing and construction are the focus of many CE policies.
No image available
No image available
Vagueira is a Portuguese village hosting different economic and tourist-oriented activities, hence concerning a diversity of assets of interest. However, it has been affected by a persistent trend of erosion and experienced overtopping and flooding events in the past. The objective of this study was to determine the efficiency of deploying a detached breakwater in front of Vagueira beach in order to help protect the coastal community and safeguard its natural services and general assets.
No image available
There is a growing concern that increased nutrient and sediment runoff from river catchments are a potential source of coral reef degradation. Degradation of reefs may affect the number of tourists visiting the reef and, consequently, the economic sectors that rely on healthy reefs for their income generation. This study uses a contingent behaviour approach to estimate the effect of reef degradation on demand for recreational dive and snorkel trips, for a case study of the Great Barrier Reef in Australia. Results from a negative binomial random effects panel model show that the consumer surplus current reef visitors derive from a diving or snorkelling trip is approximately A$185 per trip. Furthermore, results indicate that reef trips by divers and snorkellers could go down by as much as 80 per cent given a hypothetical decrease in coral and fish biodiversity. This corresponds to a decrease in tourism expenditure by divers and snorkellers on full-day reef trips in the Cairns management area of the Great Barrier Reef Marine Park of about A$103 million per year.
No image available
No image available
· 2023
Het Rijk en de provincies hebben in 2013 in het Natuurpact afgesproken het Natuurnetwerk Nederland (NNN) te gaan vergroten door 80.000 hectare nieuwe natuur in te richten om de biodiversiteit te verbeteren en daarnaast de natuur meer te verbinden met de economie en de maatschappij. Met het Natuurpact ging ook het agrarisch natuur- en landschapsbeheer over naar de provincies. Het Natuurpact betekende dus een verregaande decentralisatie van het natuurbeleid van het Rijk naar de provincies. In dit rapport vatten we de lessen samen uit de ervaringen die de provincies en het Rijk de afgelopen tien jaar hebben opgedaan bij de uitvoering van het Natuurpact.
No image available
· 2024
Dit rapport brengt in beeld wat bekend is over de effecten van natuurherstelmaatregelen op drie soortgroepen (vaatplanten, dagvlinders en broedvogels) middels een systematische review van literatuur. Aanvullend is een analyse uitgevoerd in vier gebieden, waarbij met behulp van luchtfoto’s en SNL-monitoringsgegevens de effecten en kosteneffectiviteit van natuurherstelmaatregelen bepaald zijn. De literatuuranalyse laat zien dat het effect van de omvorming van landbouwgrond naar nieuwe natuur positief is op de soortenrijkdom en abundantie van de drie onderzochte soortgroepen in het algemeen en specifiek voor doelsoorten van het beleid. Voor natuurherstelmaat-regelen in bestaande natuur is het beeld wisselender: deze maatregelen laten vaker niet de gewenste toename zien in soortenrijkdom (alle soorten of alleen de doelsoorten) of soortenabundantie. De methode om het effect van natuurherstelmaatregelen te bepalen via luchtfoto-interpretatie in combinatie met SNL-data ziet er voor vaatplanten veelbelovend uit. Ook voor dagvlinders is de methode toepasbaar, maar voor broedvogels lijkt de methode minder geschikt. De twee indicatoren om de kosteneffectiviteit te bepalen zijn eveneens toepasbaar, maar dienen idealiter gebaseerd te worden op daadwerkelijke kosten. Aangezien deze niet beschikbaar waren, is er gebruik gemaakt van normkosten.
No image available
In deze studie hebben we de normkosten voor grondverwerving en inrichting van natuur geactualiseerd. De grondverwervingskosten zijn de kosten voor het verwerven van over het algemeen landbouwgrond voor natuur. De gemiddelde agrarische grondprijs die hiervoor wordt betaald, is tussen 2012 en 2021 gestegen van € 46.900 naar € 69.400 per hectare, met grote verschillen tussen en binnen provincies. Als het dwingend instrumentarium word tingezet of als grond in der minne wordt verworven met volledige schadeloosstelling, liggen de kosten voor verwerving 30-40% hoger dan de agrarische grondprijs. Voor het inrichten van nieuwe natuur hebben we bestaande normkosten per hectare per natuurbeheertype geactualiseerd middels indexering met de inputprijsindex voor grond-, water- en wegenbouwprojecten (GWW). De directe inrichtingskosten liggen tussen de € 1.500 en ruim € 80.000 per hectare (exclusief btw), afhankelijk van het natuurbeheertype. Voor andere maatregelen, zoals structurele systeemherstelmaatregelen en hydrologische maatregelen, hebben we geen actuele normkosten kunnen achterhalen.